LamiumGaleobdolonArgentum-plant-hr


Algemeen

Bij de Gele dovenetel (Lamiastrum galeobdolon) zei ik al "Alhoewel deze plant inheems is (hij komt hier van nature voor) komt hij in Nederland niet vaak voor. Bijna iedereen kent de Gele dovenetel dan ook als Stinzenplant of als cultivar". Dit is dus de cultivar (gekweekte vorm). Het is dus een Gele dovenetel alleen met een bont stengelblad. Op de floron site beschreven als "Bladen met vele, vrij grote witte of zilverige en vaak onderling aansluitende vlekken.". De plant is ingeburgerd sinds 1950 en 1974. Maar ondanks dat dit een cultuurplant is blijft het een beetje een stinsenplant en bloeit hij dus in April en Mei.

Verklaring Nederlandse naam

De verklaring laat zich natuurlijk raden! Deze plant heeft een bont, wit gevlekt, blad.

Geel omdat er ook nog een paarse en een witte bestaan.

De bladeren van deze plant lijken op die van de brandnetel maar zijn "doof", hetgeen wil zeggen, niet bezet met brandharen.

Er zijn twee verklaringen voor het woord Netel:

  1. Het woord Netel zou ontstaan zijn uit het Oudhoogduits en Oudgermaans dat afgeleidt is van het Oudnoorse "nada" wat speer betekent.
  2. Het woord Netel" is afkomstig uit het Angelsaksisch en afgeleid van het woord noedl of naald.

Meer

Zie ook de wetenschappelijke verklaring

Namen in andere talen

  • Frysk: Bûnte giele dôvenettel
  • English: Garden Yellow Archangel
  • Français: Lamier jaune à feuilles argentées
  • Deutsch: Silberblättrige Goldnessel
  • Espanõl: ?
  • Italiano: Falsa-ortica argentata
  • Svenska: Praktgulplister
  • Norsk: Sølvtvetann
  • Dansk: Have-Guldnælde

Verklaring Buitenlandse namen

De Engelse naam is Garden Yellow Archangel. Dit betekent "tuin gele aartsengel".  Het is de tuin/cultuur variant van de wilde Gele dovenetel (Lamiastrum galeobdolon). Door het uiterlijk van deze bloem lijkt hij iets meer op een engel dan andere lipbloemigen. Doordat de onderlip van de gele bloemen is opgedeeld in drie spitse slippen. De zijslippenvallen hierdoor goed op (als engelenvleugels). Bij de andere dovenetels vind je slechts kleine zijslippen die in een tand eindigen.

Voor de verspreiding van Bonte gele dovenetel in Engeland zie deze kaart.

De Franse naam is Lamier jaune à feuilles argentées. Dit betekent "gele lamium met zilverkleurige bladeren". Het is een combinatie van het eerste gedeelte van de wetenschappelijke naam (lamier) en het eerste gedeelte van de Nederlandse naam (jaune). Alleen heeft deze tuin/cultuurvariant zilverkleurige/bonte stengelbladeren.

De Duitse naam is Silberblättrige Goldnessel. Dit betekent "zilverbladige goudnetel".

Voor de verspreiding van Bonte gele dovenetel in Duitsland zie deze kaart.

De Spaanse naam is mij onbekend.

De Italiaanse naam is Falsa-ortica argentata  Falsa-ortica is de Italiaanse benaming voor het eerste gedeelte van de een Brandnetel. Dit woord uitgelegd bij de verklaring van de Nederlandse naam. Argentata betekent "verzilverd". 

Er is niet één specifieke Italiaanse naam voor een plant, dit verschilt per regio. Er is een algemene volksnaam en ook nog een variatie of een volledige andere naam in een van de 17 provincies. Ik heb de meest voorkomende algemene naam gebruikt.

De Zweedse naam is Praktgulplister Prakt betekent "pracht", dit i.v.m. de bonte stengelbladeren. Gul betekent "geel" en Plister is de algemene Zweedse naam voor "netel".

Voor de verspreiding van Bonte gele dovenetel in Zweden zie deze kaart.

De Noorse naam is Sølvtvetann. Dit betent "zilveren tweetand". Tweetand is vanwege twee lobben op de onderlip van de kroon. Maar aangezien de onderste lob in drieën is verdeeld, zoals het verhaal bij de Engelse naam, zou dit dus ook "gouden drietand" kunnen zijn.

De Deense naam is Have-Guldnælde. Volgens het Deense woordenboek (Den Danske Ordbog) betekent Have "een afgebakend gebied met gazon, bomen, bloemen etc. vaak grenzend aan een woonhuis". Dus gewoon "tuin". Guldnælde betekent "gouden netel, net zoals de Duitse naam.

Ecologie & Verspreiding

Ecologie

Bodem
Half beschaduwde tot beschaduwde plaatsen op matig droge tot vochtige, matig voedselarme tot matig voedselrijke, vaak wat zuurdere grond.

Groeiplaats
Loofbossen en vaak in door tuinafval bemeste bosjes en struwelen.

Verspreiding

Nederland
Bonte gele dovenetel wordt gekweekt in tuinen en is op veel plaatsen ingeburgerd. Vrij algemeen, vooral in het oosten en midden van het land, in Zuid-Limburg en in de Hollandse en Zeeuwse duinen. Ingeburgerd tussen 1950 en 1974.

Vlaanderen
Op veel plaatsen ingeburgerd.

Wallonië
Ingeburgerd.

Wereld
Oorspronkelijk uit Midden-Europa. De verspreiding is nog onvoldoende bekend.

Bron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra - CC BY-NC-SA 3.0 NL

Verspreiding Bonte gele dovenetel

Verspreing Bonte Gele Dovenetel

FLORON Verspreidingsatlas vaatplanten