Hypochaeris radicata

Algemeen

Zoals het verspreidingskaartje al laat zien Gewoon biggenkruid is zeer algemeen. Sterker nog, naast de Paardenbloem (Taraxacum officinale) is het misschien wel een van de meest succesvolle soorten. En als een echte Composiet lijkt hij erg op verschrikkelijk veel soortgenoten. Dus opgelet. Samen met Glad Biggenkruid (Hypochaeris glabra) zijn dit de enige twee Biggenkruid (Hypocharis) soorten die in Nederland in het wild voorkomen. Hij bloeit in Juni tot en met September.

Op de website van Flora van Nederland is een Videodeterminatie van deze plant te zien.

Verklaring Wetenschappelijke naam

De officiële wetenschappelijke naam is Hypochaeris radicata L.

Hypo (Grieks) betekent "voer" en Chaeris komt van choiros (Grieks) en betekent "big/zwijn". Dus varkensvoer. Hypochaeris radicata (Gewoon biggenkruid is rijk aan eiwit en aan mineralen, zoals calcium en fosfor. Dus zeer geschikt om door grazende dieren te worden gegeten. Omdat het bladrozet op de grond ligt, kunnen koeien het niet eten. Schapen en varkens wel. Varkens zijn ook dol op de wortel, die zij met de snuit uit de grond wroeten.

Radicatus (Latijn) betekent "vastgeworteld". wat duidt op de forse/krachtige wortels.

Meestal staat er achteraan de wetenschappelijke naam een afkorting. Dit is de afkorting van een wetenschapper/botanicus die deze plant deze plant heeft ontdekt/verzameld en tot details heeft beschreven. Soms staat er een tweede afkorting. Dan heeft een andere wetenschapper/botanist de plant nog beter  beschreven en iets gewijzigd. De eerste naam komt dan tussen haakjes te staan. In dit geval is dit L. Dit staat voor Carl Linnaeus. In 1753 beschreef hij Hypochaeris radicata in de publicatie Species Plantarum.

     

Meer

Zie ook de Nederlandse verklaring.

Namen in andere talen

  • Frysk: Rûge fôleblom
  • English: Hairy Cat's Ear
  • Français: Porcelle enracinée
  • Deutsch: Gewöhnliches Ferkelkraut
  • Espanõl:
  • Italiano: Costolina giuncolina
  • Svenska: Rotfibbla
  • Norsk: Kystgrisøye
  • Dansk: Almindelig Kongepen

Verklaring Buitenlandse namen

De Engelse naam is Hairy Cat's Ear: Dit betekent "harige kattenoor". Dit vanwege de gelijkenis met de iets wat harige bladeren.

Voor de verspreiding van Gewoon biggenkruid in Engeland zie deze kaart.

De Franse naam is Porcelle enracinée. Porcelle komt van het Latijnse Porcellus wat "big" betekent. Enracinée betekent "wortel", wat de Franse benaming is voor de wetenschappelijke naam.

De Duitse naam is Gewöhnliches Ferkelkraut.  Dit betekent net zoals de Nederlandse naam, "gewoon biggenkruid".

Voor de verspreiding van Gewoon biggenkruid in Duitsland zie deze kaart.

De Spaanse is mij onbekend. Er zijn zoveel varianten dat ik de meest gebruikte naam niet ken.

In Spanje kent men minstens vier namen voor elke plant. De algemene volksnaam, de Catalaanse naam (Provincie in Noord+Oost Spanje tegen de Pyreneeën aan), de Gallische naam (provincie in Noord-West-Spanje) en de Baskische naam (provincie in West-Spanje tegen de Pyreneeën aan). Ik heb de meest voorkomende algemene naam gebruikt.

De Italiaanse naam is Costolina giuncolina. Costolina betekent "gebogen/ribben". Een echte verklaring heb ik niet. Na wat rondgevraagd te hebben heb ik één uitleg. Als je het stengelblad over de middennerf buigt zie je "gebogen" zijnerven, als en soort ribbenkast. Ik vind het iets wat ver gezocht en mocht deze verklaring kloppen dan geld dit meer voor Glad biggenkruid (Hypochaeris glabra). De zijnerven zijn bij deze plant beter zichtbaar. Giunco betekent "riet". Waarschijnlijk verwijzend naar de altijd kale stengels die dan op riet zouden lijken.

Er is niet één specifieke Italiaanse naam voor een plant, dit verschilt per regio. Er is een algemene volksnaam en ook nog een variatie of een volledige andere naam in een van de 17 provincies. Ik heb de meest voorkomende algemene naam gebruikt.

De Zweedse naam is Rotfibbla Dit betekent "leeuwentand". Waarschijnlijk omdat de plant er zo op lijkt, maar er zijn verschillen. Rot betekent letterlijk "wortel" en Fibbla is een oud Zweeds woord voor composieten van o.a Hypochaeris. Wat de uiteindelijke betekenis is van het woord Rotfibbla is mij onbekend.

Voor de verspreiding van Gewoon biggenkruid in Zweden zie deze kaart.

De Noorse naam is Kystgrisøyre. Dit betekent "kust varkensoren". Dit Biggenkruid (Grisøyre) groeit voornamelijk langs de Noorse kust.

De Deense naam is Almindelig Kongepen. Het woord Almindelig betekent "algemeen". Alle planten uit het geslacht Hypochaeris heten in Denemarken Kongepen. Dit betekent "koningspen" en verwijst naar de pappusharen. Met een goede loep kun je dan zien dat de binnenste rij geveerd is (de haren hebben zijtakken). Dit alles heeft iemand een idee gegeven dat deze op een (konings) schrijfveer lijken.

Ecologie & Verspreiding

Ecologie

Bodem
Zonnige, iets open plaatsen op droge tot matig vochtige, matig voedselarme tot matig voedselrijke, weinig bemeste, zwak zure tot basische, kalkarme tot kalkhoudende grond (zand, leem, löss, verdroogd veen en lichte klei).

Groeiplaats
Bermen, grasland (hooiland en gazons), zeeduinen (duinvalleien), rivierduinen, rivierdijken, hellingen, afgravingen (zandgroeven), langs spoorwegen (spoorwegterreinen), tussen straatstenen, stenen taluds van viaducten en beschoeiingen, braakliggende akkers, kapvlakten, bosranden, heide en zandverstuivingen.

Verspreiding

Nederland
Algemeen.

Vlaanderen
Algemeen, maar zeldzaam in de Polders.

Wallonië
Algemeen.

Wereld
Oorspronkelijk uit Zuidwest-Azië en Europa (behalve in het hoge noorden en in Portugal). Nu in gematigde streken van alle werelddelen.

Bron: Wilde-planten.nl / Klaas Dijkstra - CC BY-NC-SA 3.0 NL

Verspreiding Hypochaeris radicata

FLORON Verspreidingsatlas vaatplanten