Algemeen
De planten uit de Bremraapfamilie zijn een van de weinige planten in Nederland die parasiteert op diverse specifieke soorten andere planten. Hij dood deze niet maar maakt gebruik van de voedingsstoffen waar de Bremraap dan weer van leeft Met hun wortels onttrekken ze water en opgeloste stoffen aan de wortels van andere planten, maar de planten zijn zelf ook in staat tot fotosynthese. Alleen diverse soorten Ratelaar en Ogentroost doen dit ook. Al deze planten zijn een halfparasiet. Er blijkt een groot verschil te zitten als het gaat om het voorkomen van de Tijmbremraap in Nederland. Volgens Wikipedia staat de soort staat op de Nederlandse Rode lijst van planten als zeldzaam en stabiel of toegenomen en volgens Floron komt de plant niet meer voor in Nederland. Ik volg dé autoriteit in Nederland als het gaat om kennis en verspreiding van Planten in Nederland in het wild, Floron.
Er komen in minstens 8 soorten Bremraap (Orobanche) in het wild voor in Nederland:
- Bitterkruid bremraap (Orobanche picridis) - zeldzaam
- Blauwe bremraap (Orobanche purpurea) - zeldzaam
- Distelbremraap (Orobanche reticulata) - zeer zeldzaam
- Grote bremraap (Orobanche rapum-genistae) - zeer zeldzaam
- Klavervreter (Orobanche minor) - zeldzaam
- Klimopbremraap (Orobanche hederae) - zeldzaam
- Walstrobremraap (Orobanche caryophyllacea) - zeldzaam
- Tijmbremraap (Orobanche alba) - komt niet meer voor in Nederland
Verklaring Nederlandse naam
De officiële wetenschappelijke naam is Orobanche alba Stephan ex Wild.
De naam Orobanche afgeleid van het Orobos (Grieks) en betekent "erwt" en Agchein (Grieks) wat "wurgen" betekent. Deze plant parasiteert op een andere planten. Vaak op planten van de familie van de erwt (fabacea), vandaar deze naam. Dat wil zeggen, hij heeft geen chlorofyl en kan dus niet leven zonder een andere plant te "wurgen" (er op parasiteren) zoals op bijv. de onderstaande lijst.
Alba is Latijn en betekent "wit". In dit geval moet dat niet letterlijk genomen worden. Nullus illuminate was beter geweest, "geen kleur". Dit omdat de plant geen uitgesproken kleur heeft.
Meestal staat er achteraan de wetenschappelijke naam een afkorting. Dit is de afkorting van een wetenschapper/botanicus die deze plant deze plant heeft ontdekt/verzameld en tot details heeft beschreven. Soms staat er een tweede afkorting. Dan heeft een andere wetenschapper/botanist de plant nog beter beschreven en iets gewijzigd. De eerste naam komt dan tussen haakjes te staan. In dit geval is dit Stephan ex Wild.
Stephan staat voor Stephan Ladislaus Endlicher ook bekend als Endlicher István László (24 juni 1804 - 28 maart 1849). Hij was een Oostenrijkse botanicus , numismaticus (muntenexpert) en sinoloog . Hij was directeur van de Botanische Tuin van Wenen. De meerderheid en de meest waardevolle van zijn werken zijn op plantkunde. De belangrijkste daarvan zijn o.a. : Genera Plantarum (1831–1841), waarin hij een nieuw classificatiesysteem vastlegt; Grundzüge einer neuen Theorie der Pflanzenerzeugung (Grondslagen van een nieuwe theorie van plantenveredeling; 1838); en Die Medicinalpflanzen der österreichischen Pharmakopöe (Geneeskrachtige planten in de Oostenrijkse farmacopee; 1842). Endlicher beschreef veel nieuwe plantengeslachten , waaronder de soort Sequoia , en ook de enige bestaande soort Sequoia sempervirens (Californische kustsequoia).
ex is een afkorting bij een auteurcitatie die aangeeft (in de plantkunde) dat de eerste auteur het taxon heeft beschreven, maar de tweede auteur de eerste geldige formele beschrijving heeft gegeven.
Wild. staat voor Carl Ludwig (von) Willdenow (22 augustus 1765 – 10 juli 1812). Hij was een Pruisisch botanicus, farmaceut en taxonoom. Hij wordt beschouwd als een van de grondleggers van de plantengeografie, de studie van de verspreidingsgebieden van planten. Hij was de mentor van Alexander von Humboldt. Zijn herbarium met meer dan 20.000 exemplaren!! bestaat nog steeds binnen de botanische tuin van Berlijn. In 1800 beschreef hij Orobanche alba in de publicatie Species Plantarum (4e editie). Het is een zogenaamde post Linnaeus uitgave. Onder de titel Species plantarum zijn nog diverse edities van het werk verschenen, steeds uitgebreid naarmate er meer nieuwe planten ontdekt werden. Alleen de 2e editie (1762-63) en de in essentie ongewijzigde 3e editie (1764) zijn nog door Linnaeus zelf verzorgd. Linnaeus overleed in 1778. Later zijn dus nog vele edities verschenen, de zogenaamde Editio Quarta. Het eerste deel verscheen in 1797 en het laatste deel in 1824. Deze editie is verzorgd door Wildenow.
Meer
Zie ook de Nederlandse verklaring.
Namen in andere talen
- English: Thyme Broomrape
- Français: Orobanche du thym
- Deutsch: Weiße Sommerwurz
- Espanõl: ?
- Italiano: Succiamele del serpillo
- Svenska: Timjansnyltrot
- Norsk: Timiansnylterot
- Dansk: Timian-Gyvelkvæler
verklaring Buitenlandse namen
De Engelse naam is Thyme Broomrape. Dit is de Engelse vertaling voor de volledige Nederlandse naam.
Voor de verspreiding van Orobanche alba in Engeland zie deze kaart.
De Franse naam is Orobanche du thym. Dit is de Franse benaming voor de volledige Nederlandse naam.
De Duitse naam is Weiße Sommerwurz. Dit betekent "witte sommerwurz". Wit zou iets over de kleur zeggen. Maar deze kan ook ook richting purper tot rood zijn. De overige uitleg staat bij de paragraaf "verklaring wetenschappelijke naam". Sommerwurz betekent letterlijk "zomerwortel". Dus een plant die parasiteert m.b.v. de wortel en bloeit in het begin van de zomer.
De Spaanse naam is mij onbekend. Er zijn wel waarnemingen in Spanje.
De Italiaanse naam is Succiamele del serpillo. Alle soorten Bremraap heten in Italië Succiamele. Dit woord bestaat uit twee delen. Succia komt van Succhiare dat "zuigen" betekent. De sappen worden als het ware omhoog gezogen (parasiteren op). Mele betekent "appel". Waarom is mij nog niet bekend. Del serpillo betekent "van de Kleine tijm", de plant waarop deze Bremraap parasiteert.
Er is niet één specifieke Italiaanse naam voor een plant, dit verschilt per regio. Er is een algemene volksnaam en ook nog een variatie of een volledige andere naam in een van de 17 provincies. Ik heb de meest voorkomende algemene naam gebruikt.
De Zweedse en Noorse naam is nagenoeg gelijk, Timjansnyltrot/Timiansnylterot. Timjan/Timian betekent "tijm". Snylterot bestaat uit twee delen. Snylte betekent "parasiet/klaploper" en Rot betekent "wortel".
Voor de verspreiding van Orobanche alba in Zweden zie deze kaart.
De Deense naam is.Timian-Gyvelkvæler. Dit betekent "tijm bremraap". Timian betekent "tijm". Gyvelkvæler bestaat uit twee delen. Gyvel betekent "brem" en Kvæler komt van kvæle en betekent "wurgen/stikken".